Venezuela in chaos
In deze tentoonstelling is werk te zien van Venezolaanse fotografen, zowel documentair als conceptueel werkend, die hun verhaal vertellen over de eindeloze nachtmerrie van een land dat in korte tijd in een vrije val is gekomen.
Hoe is het mogelijk dat mensen in armoe leven in een land met enorme natuurlijke rijkdommen? Venezuela heeft een van de grootste olievoorraden ter wereld. De grond bevat grote hoeveelheden kolen, ijzer, bauxiet en goud. De grond is vruchtbaar.
De enorme inkomsten uit olie maakten decennia lang veel mogelijk, maar het leidde niet tot gelijkheid. Na het aantreden van de charismatische president Chavez in 1999 begon hij het land om te vormen tot een socialistisch model, zoals Cuba. Hij beriep zich erop dat hij voor de armen opkwam en de rijkdommen van het land terug wilde geven aan het volk. Vol goede bedoelingen stortte de regering miljarden afkomstig uit de olierijkdom in sociale programma’s, zoals gratis medische zorg, gratis studeren en sociale woningen.
Als grondlegger van de Bolivariaanse Revolutie (genoemd naar Simon Bolivar, de onafhankelijksstrijder die 200 jaar geleden Venezuela, Bolivia, Colombia, Panama, Ecuador en Peru bevrijdde van de Spanjaarden) liet hij een nieuwe grondwet opstellen. Zijn buitenlandse politiek kenmerkte zich door een sterke anti-Verenigde Staten toonzetting. Het land werd een leider in de regio, Chavez won verkiezing na verkiezing.
Bedrijven, waaronder de olie- en staalindustrie, werden genationaliseerd en landbouwgronden onteigend. Maar de overheid bleek de ervaring en kunde te missen om als voedselproducent, verwerker én distributeur te functioneren. Door mismanagement en bureaucratie stortte de voedselindustrie in. Geen probleem: Venezuela zwom toch in het oliegeld en al snel was de hele handel –voedsel, dagelijkse benodigdheden, zelfs auto’s en witgoed – afhankelijk van import en subsidies.
Chavez was ook een strongman die zijn macht gebruikte om politieke steun te kopen en tegenstanders de mond te snoeren, zowel in de politiek als bij de kritische TV en radiostations. Corruptie in de regering en de rest van het overheidsapparaat nam toe. Dit alles intensiveerde toen tegen het einde van zijn bewind de daling van de globale olieprijzen inzette. Chavez overleed in 2013, datzelfde jaar trad zijn aangewezen opvolger aan, president Maduro.
De oliemarkt stortte verder in. Het was vrijwel het enige exportproduct en inmiddels raakten de financiële reserves op. Er waren niet langer middelen om onbeperkt voedsel en andere zaken te importeren. Er ontstond een enorme economische crisis, die zich uitte in tekorten van alle dagelijkse benodigdheden en een gierende inflatie, die voor eind 2017 wordt geschat op 1600%. Maar Maduro ontkent de ramp die nu gaande is, trekt meer macht naar zich toe en doet zijn best om de laatste restjes democratie te schrappen. Hij weigert humanitaire hulp uit het buitenland.
De supermarkten zijn leeg, de kosten van dagelijks voedsel zijn nu vele malen hoger dan het minimumloon. Miljoenen Venezolanen leven op het ‘dieet van Maduro’. Ziekenhuizen en dokters kampen met grote tekorten aan medicijnen. De kindersterfte is hoog, evenals het percentage ondervoede kinderen. De eigen landbouw komt maar niet op gang omdat de overheid vaste prijzen oplegt, wat het produceren van voedsel verliesgevend maakt.
Criminaliteit tiert welig. Op de ranglijst van Transparency International is Venezuela het negende meest corrupte land ter wereld. Caracas is uitgeroepen tot de stad met de meeste moorden ter wereld, 20.000 in 2014. De vele straatbendes eisen overal hun deel, van de productie van voedsel of van de coöperatieve goudwinning. De overheid heeft de controle over gevangenissen verloren, ze zijn nu in handen van de bazen van criminele organisaties. Een kwart van de politie werkt mee aan misdaad.
In 2014 kwamen de eerste protesten op gang vanuit de studentenbeweging. Recent zijn ze verhevigd, de combinatie van honger, criminaliteit en repressie maakt mensen wanhopig. Sinds april vinden elke dag massale protesten plaats, met honderdduizenden deelnemers. Ze worden telkenmale met geweld beantwoord, inmiddels zijn er al ruim 60 jonge Venezolanen omgekomen.
Met werk van Antonio Briceño, Oscar B. Castillo, Alejandro Cegarra, Nelson Garrido, Amada Granado, Lucía Pizzani, Juan Toro
In een speciaal deel worden de voortdurende dagelijkse protesten in beeld gebracht door meerdere fotografen. Ricardo Gomez Perez stelt deze presentatie voor Noorderlicht samen, die tijdens de tentoonstellingsduur wekelijks geactualiseerd wordt. Met werk van Leo Alvarez, Carlos Becerra, Marco Bello, Fabiola Ferrero, Vladimir Marcano, Federico Parra, Horacio Siciliano en Fabian Solymar.
Met speciale dank aan Ricardo Gomez Perez.